Ga verder naar de inhoud

Zaterdag is Scoutsdag!

Door Steunpunt Vrijwilligerswerk Brussel

Lou, vrijwilliger bij de scouts van Jette

De afspraakplaats voor het interview was “De Bunker”, zijnde het lokaal van de Scouts van Jette. Gelegen in een bosje nabij het mooie Koning Boudewijnpark. Bij aankomst zag ik een aantal jongens en meisjes - het is immers een gemengde groep - druk in de weer met de voorbereidingen van het nakende zomerkamp. De dag nadien vertrok de groep voor 16 dagen naar Paliseul in de Ardennen. Als één van de drie groepsleiders kon Lou van Hende toch nog even de tijd nemen voor een gesprek met ons.

Wie is Lou?

Ik ben geboren in Jette en heb het grootste deel van mijn leven in Brussel gewoond. Buiten een korte periode in Henegouwen op het platteland, was ik dus steeds een stadsmens. Van mijn 6 jaar zit ik bij de scouts hier in Jette en van bij de aanvang met de ambitie om leider te worden. Wat gelukt is, want ik ben uiteindelijk zelfs groepsleider. Intussen al 16 jaar scout. Het waren in feite mijn vader en broer die me “besmet” hebben met hun liefde voor de scouts.

Daarnaast heb ik net een bachelor Interieur Vormgeving behaald in Sint-Lucas. Volgend jaar hoop ik wat werkervaringen op te doen en enkele stages te mogen doorlopen. Ik wil de tijd nemen om op zoek te gaan naar wat ik graag doe.

Waarom die wens om leider te worden?

Dat is iets waar je naar opkijkt als jonge scout. Sowieso is scout zijn keileuk. Als ket (Brussels voor kind) moet je niks zelf organiseren en krijg je alles voorgeschoteld. Al die fijne spelletjes en als hoogtepunt van het jaar de zomerkampen. Maar ergens bekruipt je dan toch wel het gevoel dat je dat zelf ook wel eens wil doen voor de anderen. Dat is natuurlijk allemaal meer werk, maar je wordt er ruim voor vergoed. Niet in geld, maar in plezier, fijne kampen en de waardering en erkentelijkheid van de groepsleden. Fijne ervaringen die we elke zaterdag aan de kinderen kunnen bezorgen. Die gaan dan zichtbaar blij naar huis en dat maakt ons blij. We blijven onder leiders vaak wat na om verder te genieten van dat warme groepsgevoel.

Naast de 3 groepsleiders zag ik op jullie website dat er nog 18 leiders actief zijn. Wat me doet vermoeden dat jullie scoutsgroep vrij groot is?

Wij zijn de grootste Nederlandstalige scoutsgroep van Brussel. Momenteel tellen we 220 ingeschreven leden, leiding inbegrepen.

Dat is een hele hap. Wat heel wat verantwoordelijkheden met zich mee brengt. Zeker voor de groepsleiders?

Zeker, maar we hebben een goede taakverdeling. Wat helpt en nodig is. Als je zo lang bij de scouts bent en alle groepsfases hebt doorlopen, groei je eigenlijk vanzelf in die leidersrol. Door de ervaringen die je opdoet. Vanaf de Jins-groep - dat zijn de 17-18-jarigen - gaat de Jin-leiding ook wel specifiek de leiders in wording sturen. Door hen duidelijk te vertellen wat zij als leider doen en hoe ze dat doen. Ook door de Jins zelf af en toe een spel te laten organiseren. Of ze worden uitgenodigd door de leiding en moeten dan een spel voor de leiding maken. Op kamp organiseren ze een spel voor alle kinderen. Eén vergadering van het jaar is er de “Jin-take over” en die dag ligt de hele organisatie in hun handen. Op die manier worden de toekomstige leiders klaargestoomd. Gelukkig willen de meeste Jins ook wel degelijk leider worden.

Dat kan geen toeval zijn. De goede voorbeelden van de huidige leiders zullen daar zeker wel toe bijdragen?

Voilà, ja (lacht).

Waar halen jullie de motivatie vandaan om dergelijke verantwoordelijkheid op zich te nemen?

Het is niet zo makkelijk voor iedereen. Wat bij mij heeft geholpen is dat ik er echt ben in opgegroeid. Ik ken niets anders dan de scouts op zaterdag. De belangrijkste reden is dat ik het zo graag doe. De sfeer binnen de leiding is fantastisch. Wat ook verklaart dat de meeste leiders vrij lang hun rol volhouden. Gemiddeld 5 jaar, wat mooi is. Ook al is de combinatie van studie en scouts niet altijd makkelijk voor iedereen. Maar dat wordt soepel aangepakt binnen de groep.

Wat heeft het scout-zijn jou bijgebracht?

Het is één van mijn hechtste vriendengroepen. Heel veel van de groepsleden ken ik al sinds de kleuterklas. Maar ik heb er ook heel veel anderen leren kennen en we vormen een (h)echte familie. Nieuwe jonge leden zitten na een half jaartje er ook volledig in.

Als één van de groepsleiders leer je uiteraard heel veel bij over verantwoordelijkheid en word je ook verplicht om je te verdiepen in een meer “formelere” wereld. Zeg maar administratie, maar ook het leren contacten leggen én onderhouden met allerlei instanties. Het overleggen met schepenen en burgemeester is bijvoorbeeld iets waar ik vroeger nooit aan zou hebben gedacht. Maar het bleek heel interessant en bezorgde me nuttige ervaringen die me waarschijnlijk later ook van nut zullen zijn.

Welke scoutsmomenten zijn je het meest bijgebleven?

Niet toevallig bezorgen de jaarlijkse zomerkampen ons de meest bijzondere ervaringen. Ze zijn telkens het hoogtepunt van het jaar. Er wordt een jaar naar uitgekeken en naar toe gewerkt. Het is de beloning en de afsluiter van het jaar.

Er zijn wel soms moeilijke momenten, crisissituaties op kamp ten gevolge van pech of een ongeluk. Die beïnvloeden natuurlijk de sfeer van het kamp.

Wat vind je zelf het belangrijkste aan het werk dat je hier doet voor de anderen?

Plezier geven aan de kinderen. Net zoals wij het hadden op hun leeftijd en hopelijk zelfs nog meer. Ook de motivatie doorgeven en hun kunnen bereiken. Zodat ze zelfs ons om advies vragen, terwijl we zelf maar enkele jaren ouder zijn dan die kinderen. Dat is mooi en ik hoop dat ze dat later willen doorgeven.

Hoe zie je je toekomst, zowel bij de scouts als daarbuiten?

Bij de scouts wil ik nog een jaar of twee blijven. Maar ik ben er gerust in. De opvolging is in goede handen. Eens met scout-pensioen zal ik de fourage (bevoorrading) verzorgen op de kampen en dergelijke … Dus echt weg van het scoutsleven zal ik dan niet zijn.

Buiten de scouts, zal ik mogelijk nog andere studies aanvatten. Waarschijnlijk in het verlengde van wat ik tot nog toe heb gedaan.

Als laatste vraag: jouw totem bij de scouts is “olijke parkiet”. Eén van de eigenschappen die aan parkiet worden toegeschreven is communicatief. Dat heb je zeker bewezen met dit interview en ongetwijfeld ook binnen de scoutsgroep. Wie en hoe wordt er beslist over de totemnaam die een scout meekrijgt?

De Jojo’s - de groep die in het tweede middelbaar zit (12 tot 14 jaar) - krijgen een totem. Dat zal nu ook het geval zijn tijdens dit kamp. Dat wordt bepaald door de leiding van de Jojo’s op dat moment. Dat wordt heel ernstig genomen, want er wordt het hele jaar door over gepalaverd. Er kruipt heel veel tijd en moeite in. Maar dat wordt er met plezier bij genomen, want uiteindelijk krijgt iedereen de juiste totemnaam met het juiste adjectief erbij. Die naam draag je voor de rest van je scoutsleven met fierheid.

Lou, bedankt voor het gesprek en nog veel plezier op kamp!

 

Reporter: Anton Bulinckx

Fotograaf: Birte Verhaegen